Vijf eigen Boeings, een omzet van 200 miljoen euro en toch dreigt Atilay Uslu op het strafbankje te komen van het Garantiefonds Reisgelden. Maar de Corendon-topman wil niet in dit ‘boevenfonds’.
De Turkijespecialist is met zijn reisorganisatie Corendon naar eigen zeggen uitgegroeid tot marktleider in vliegvakanties naar Turkije. Nederlandse vakantiegangers vormen nu zijn belangrijkste klantengroep. Die worden met eigen vliegtuigen van Corendon naar de plaats van bestemming gebracht; Uslu heeft een vloot van vijf Boeings, dit jaar komen er nog twee toestellen bij.
In de Top-50 van grootste reisondernemingen van het vakblad Reisrevue staat Corendon op nummer tien. In 2009 behaalden de reisorganisatie en luchtvaartmaatschappij een omzet van 200 miljoen euro.
‘Dit jaar groeien we door naar de vijfde plaats’, zegt Uslu in zijn kamer op het hoofdkantoor in Lijnden. In de vensterbank staat een espressoapparaat waarmee hij voor zichzelf een kopje koffie zet. ‘We hebben ook automaten op de gang staan, maar die koffie vind ik niet te drinken.’
Met een Turk als eigenaar en Turkije als veruit de belangrijkste bestemming, behoort Corendon tot een verdachte groep reisondernemers. Althans, volgens de Stichting Garantiefonds Reisgelden (SGR), een organisatie die consumenten schadeloos stelt als hun touroperator (die lid is van de SGR) failliet gaat. De SGR heeft álle reisorganisaties die meer dan 75 procent van hun omzet verdienen aan vakanties naar Turkije, onlangs collectief uit het fonds gezet. Volgens SGR is het risico op fraude en faillissement te groot (zie kader).
Corendon is niet de SGR uitgezet, vertelt Uslu. Maar dat scheelde niet veel. ‘In 2008 was 74 procent van onze omzet te danken aan Turkijevakanties. We verkopen ook nog vakanties naar Griekenland, Egypte en Tunesië. Die omzet heeft ons gered.’ Volgend jaar komt hij waarschijnlijk alsnog aan de beurt. ‘Turkije gaat deze zomer sterk groeien als bestemming. Ik verwacht boven de 75 procent uit te komen.’
Hij zal zich met hand en tand verzetten tegen het beëindigen van het SGR-lidmaatschap. Het alternatief is volgens hem namelijk weinig aanlokkelijk. De SGR heeft een nieuw garantiefonds in het leven geroepen voor Turkijespecialisten: Stichting Specialisten Turkijereizen (SGST).
‘Ik ben geen boef dus ik wil ook niet in dit boevenfonds terechtkomen. Want dat is toch het stempel dat de SGR op dit fonds drukt. Als je als bedrijf lid bent van SGST ben je verdacht, frauduleus, of, in het beste geval onbetrouwbaar.’
Volgens Uslu is sprake van concurrentievervalsing. ‘Consumenten boeken straks hun Turkijereis bij een reisorganisatie die is aangesloten bij de SGR en niet bij de zogenaamde fraudeurs van SGST. Niemand neemt het risico dat zijn vakantie in het water valt, ook al krijg je achteraf je geld terug.’
Een speciaal fonds is volgen hem zinloos. ‘Iemand die kwaad wil gaat niet langer reizen naar Turkije, maar bijvoorbeeld naar Spanje of Egypte verkopen.’
Naast imagoschade worden Turkijespecialisten volgens Uslu ook financieel gestraft. ‘Om de stroppenpot van SGST te vullen, moeten deelnemers per passagiers 5 euro in het fonds stoppen. Wie lid is van de SGR betaalt niets. Dat is pure concurrentievervalsing. Als je bedenkt dat er in de reisbranche op euro’s wordt geconcurreerd, hebben de SGR-deelnemers straks een prijsvoordeel.’
Uslu heeft bij de NMa melding gemaakt van machtsmisbruik door de SGR. Eerder al spanden de Turkijespecialisten die de SGR zijn uitgezet met succes een kort geding aan. De rechter schortte het besluit van de SGR op om deze Turkijespecialisten te wippen. Volgens de rechter is mogelijk sprake van machtsmisbruik en concurrentievervalsing. Een bodemprocedure moet duidelijkheid brengen.
Dat de afgelopen jaren opvallend veel Turkijespecialisten failliet gingen, ontkent Uslu niet. Maar de suggestie van de SGR dat vaak sprake is van fraude, weerspreekt hij.
Uslu: ‘Hoewel er inderdaad een paar fraudegevallen zijn geweest, was bij het merendeel geen sprake van kwader trouw. Veel faillissementen zijn te wijten aan marktomstandigheden. Vanaf 2000 is Turkije als vakantiebestemming voor Nederlanders doorgebroken. Dat heeft veel gelukszoekers aangetrokken. Turkse ondernemers die dachten: ‘Ik ken dat land, heb contacten en kan een leuke business opbouwen’, aldus Uslu, die zelf ook zo begon. ‘Voordat ik reizen ging verkopen, verkocht ik broodjes shoarma. Ik ben ook gewoon maar begonnen omdat ik kansen rook.’
In 2005 beleefde Turkije als bestemming een hoogtepunt met bijna een miljoen Nederlandse gasten. ‘Daarna is het bergafwaarts gegaan. In 2009 daalde het aantal boekingen met 400 duizend ten opzichte van 2005. Daar ligt de oorzaak van de meeste faillissementen.’
Maar Turkije als vakantiebestemming is nog lang niet passé. Uit cijfers van de brancheorganisatie ANVR blijkt dat ondanks de enorme teruggang Turkije nog steeds de belangrijkste zomerse vliegbestemming van Nederlanders is.
Zelf richt Uslu zich met Corendon op meer dan alleen Turkije. ‘We hebben hier een vijfjarenplan: naast Turkije willen ook marktleider of nummer twee worden op Griekland, Bulgarije, Tunesië en Egypte.’
Dat het op vakantiefora op internet wemelt van de klachten over Corendon, en dan met name over de vliegmaatschappij, doet aan die ambitie geen afbreuk, zegt Uslu. Die negatieve ervaringen variëren van grote vertragingen, smerige vliegtuigen en personeel dat onbeschoft is en slecht Nederlands spreekt. Volgens Uslu gaat het om gedateerde klachten. ‘Die klachten dateren van 2008, een rampjaar. Maar internetklagers vormen geen graadmeter voor onze service. Onze boekingen wel. Wij groeien jaar op jaar, dat lukt echt niet als je een slecht product hebt.’
Bron: de Volkskrant
Lees ook:Aantal vakantievliegers in de lift
Lees ook:Corendon directeur vanavond bij Pauw & Witteman
Lees ook:‘Patatje met’ op vluchten van Corendon
Lees ook:Touroperators Turkije voorlopig nog bij SGR
Lees ook:Atilay Uslu (Corendon) is de meest invloedrijkste Turkse Nederlander